Een camera vervangen maar de instellingen behouden
Je kunt een camera in een weergave vervangen en toch de instellingen voor dat weergave-item behouden.
-
Selecteer Instellingen op de werkruimtetaakbalk.
-
In het deelvenster Weergaven, selecteer je de weergave en het cameraweergave-item dat je wilt vervangen.
-
Selecteer in het deelvenster Eigenschappen de ellipsknop naast het veld Cameranaam.
-
Selecteer de nieuwe camera.
-
Selecteer Instellen opnieuw om de modus Instellingen te verlaten en uw wijzigingen op te slaan.