Een hotspot aan een weergave toevoegen

Een hotspotweergave-item geeft videofeeds in een hogere resolutie weer, waardoor gebruikers details beter kunnen zien en toch bandbreedte besparen op bij verbindingen op afstand.

Er zijn twee soorten hotspots:

  • Algemene hotspots: Geeft de geselecteerde camera weer, ongeacht in welke weergave de camera zich bevindt.

  • Plaatselijke hotspots: Geeft alleen de geselecteerde camera weer als de camera zich in dezelfde weergave bevindt.

Het is aanbevolen om een hotspot aan het grootste weergave-item toe te voegen, zoals het grote weergave-item in de weergave 1+7.

  1. Selecteer de weergave.

  2. Selecteer Instellingen op de werkruimtetaakbalk.

  3. Sleep in het deelvenster Systeemoverzicht het item Hotspot naar het betreffende weergave-item.

  4. (optioneel) Pas de eigenschappen voor de hotspot aan in het paneel Eigenschappen.

  5. Selecteer Instellen opnieuw om de modus Instellingen te verlaten en uw wijzigingen op te slaan.