Scripts gebruiken voor aanmelding: parameters
Je kunt deze parameters gebruiken:

Hiermee wordt verwezen naar de URL van de managementserver waarmee XProtect Smart Client verbinding maakt.
In het volgende voorbeeld wordt het aanmeldingsvenster van XProtect Smart Client geopend met http://ourserver in het veld Serveradres:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver"
De standaardverificatiemethode is Windows-verificatie (huidige gebruiker). Wanneer je deze niet wijzigt via de parameter AuthenticationType (die hieronder wordt beschreven), wordt in het veld Gebruikersnaam van het aanmeldingsvenster automatisch de huidige Windows-gebruiker weergegeven.

Hiermee wordt verwezen naar een specifieke gebruikersnaam.
In het volgende voorbeeld wordt het aanmeldingsvenster van XProtect Smart Client geopend met http://ourserver in het veld Serveradres en Tommy in het veld Gebruikersnaam:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver" -UserName="Tommy"
Deze parameter is alleen relevant voor Windows-verificatie en Basisverificatie. Met de parameter AuthenticationType kun je bepalen welke verificatiemethode wordt gebruikt.

Hiermee wordt verwezen naar een specifiek wachtwoord.
In het volgende voorbeeld wordt het aanmeldingsvenster van XProtect Smart Client geopend met http://ourserver in het veld Serveradres, Tommy in het veld Gebruikersnaam en T0mMy5Pa55w0rD in het veld Wachtwoord:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver" -UserName="Tommy" -Password="T0mMy5Pa55w0rD"
Deze parameter is alleen relevant voor Windows-verificatie en Basisverificatie. Met de parameter AuthenticationType kun je bepalen welke verificatiemethode wordt gebruikt.

Hiermee wordt verwezen naar een van de drie mogelijke verificatiemethoden van XProtect Smart Client: Windows-verificatie (huidige gebruiker) (WindowsDefault in opstartscripts), Windows-verificatie (Windows in opstartscripts) en Basisverificatie (Simple in opstartscripts).
In het volgende voorbeeld wordt het aanmeldingsvenster van XProtect Smart Client geopend met http://ourserver in het veld Serveradres, Basisverificatie in het veld Verificatie, Tommy in het veld Gebruikersnaam en T0mMy5Pa55w0rD (verborgen door sterretjes) in het veld Wachtwoord:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver" -UserName="Tommy" -Password="T0mMy5Pa55w0rD" -AuthenticationType="Simple"
Als je Windows-verificatie gebruikt, ziet het voorbeeld er als volgt uit:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver" -UserName="Tommy" -Password="T0mMy5Pa55w0rD" -AuthenticationType="Windows"
Als je Windows-verificatie (huidige gebruiker) gebruikt, zijn de parameters UserName en Password niet nodig en ziet het voorbeeld er als volgt uit:
Client.exe -ServerAddress="http://ourserver" -AuthenticationType="WindowsDefault"

Hiermee wordt verwezen naar een volledig pad naar een .scs-script (een type script dat dient om XProtect Smart Client te besturen).
In het volgende voorbeeld wordt een .scs-script gebruikt voor aanmelding:
Client.exe -Script=c:\startup.scs
Voorbeeld van een .scs-script voor aanmelding bij http://ourserver met de huidige Windows-gebruiker:
<ScriptEngine>
<Login>
<ServerAddress>http://ourserver</ServerAddress>
<AuthenticationType>WindowsDefault</AuthenticationType>
</Login>
</ScriptEngine>
Je kunt gebruikmaken van veel functieaanroepen van XProtect Smart Client (raadpleeg Lijst met functieaanroepen weergeven) om verdere functionaliteit aan .scs-scripts toe te voegen. In het volgende voorbeeld is een regel toegevoegd aan het .scs-script uit het vorige voorbeeld zodat de XProtect Smart Client-toepassing wordt geminimaliseerd:
<ScriptEngine>
<Login>
<ServerAddress>http://ourserver</ServerAddress>
<AuthenticationType>WindowsDefault</AuthenticationType>
</Login>
<Script>SCS. Application.Minimize();</Script>
</ScriptEngine>

De volgende parameternotaties zijn geldig:
{-,/,--}param{ ,=,:}((".')value(",'))
Voorbeelden:
-UserName Tommy
--UserName Tommy /UserName:"Tommy" /UserName=Tommy -Password 'Tommy'